Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft.
De laatste uitzending van het kalenderjaar 2023, zo vlug gaat het ondertussen, beste luisteraar. Doet u dat dan ook, even terugblikken, stilstaan bij nu en vooruitkijken met goede voornemens? Op dit eigenste ogenblik speelt op de achtergrond zachte kerstmuziek van Johan Sebastiaan Bach en ik kijk af en toe de tuin in. Wat grijze wolken erboven, regendruppels tegen het raam en het waait nog stevig tussen de winterse siergrassen. Er hangt wat melancholie tussen, maar daar hou ik eigenlijk wel van. Geen zwartgallige donkerte, maar toch wel het gevoel van voorbij en dingen die geen keer krijgen. Maar ik blik met veel warme gedachten terug het afgelopen jaar in, naar een mooie musical die we samen hebben gespeeld. Nog steeds komt er af en toe een opmerking op het stadplein, in een cafeetje, dat het zo tof was. Ik beaam het telkens, omdat het inderdaad zo bijzonder was, om met zoveel jongeren en sterke schouders een groots project op touw te zetten. Het was het voorbije jaar een rode draad doorheen al de andere dingen die moesten gebeuren. Een nieuwe opdracht op school, de keuze om toch als zelfstandige in bijberoep aan de slag te gaan. Al kreeg ik toch wel eens een terechte bedenking van mensen om me heen, dat ik dat nu nog doe, zo laat in mijn beroepscarrière. Hetzelfde bedacht ik ook, toen ik keek naar mijn vers geplaatste zonnepanelen op het platte dak. Het is nooit te laat om iets voor de natuur te doen, om een ommekeer te maken in de sleur, om een klein risicootje te nemen. Dus bij deze heeft het voorbije jaar toch wel het één en ander met zich meegebracht. Ik pluk de dag, maar kijk ook vooruit of het allemaal haalbaar blijft. Deze oude meester heeft al wat jaren op zijn teller staan en dat gaat niet altijd in zijn kouwe kleren zitten. De oude Grieken wisten het al: een gezonde geest in een gezond lichaam. Daar het evenwicht in blijven zoeken, is de boodschap die ik als een goed voornemen zal proberen te handhaven. Ik weet het nu al: die gezonde geest zit wel snor, maar dat lijf wil niet altijd mee. En ondertussen is mijn hondje naast me komen zitten en duwt met z’n snuit tegen mijn been. ‘Wat is ervan?’ wil hij me hiermee duidelijk maken. ‘Gaat ge nog meewandelen?’ Alsof mijn huisdier door heeft dat je de daad bij het woord moet voegen. Ik aai hem even over zijn harige bol, knik en besef dat op deze regenachtige maar zachte kerstdag hij een overschot aan gelijk heeft. Er is geen tijdsdruk, geen reden om niet naar buiten te gaan. Ik ben gezond genoeg, de benen willen nog mee, het waait een beetje en daarmee kan je dan weer lekker uitwaaien voor een paar drukke dagen die voor de boeg liggen. De familiediners, de nieuwjaarsrecepties, de optredens, het voorbereiden voor trimester twee, een nieuw boekenproject dat in de steigers staat. Het komende jaar krijgt al een eerste kneedbeurt op deze manier. Maar vooral met mijn wonderlijke ega, mijn wandelende agenda, mijn steun en stok en rechterhand, moet dat weer lukken, zoals alleen zij dat kan voor mij. Ik ben een gelukkig mens, hier aan het einde van het jaar 2023. Zo klik ik de wandelriem vast van mijn hond. Hij gaat met mij wandelen.
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft.
0 Comments
De late herfst en zo de aankondiging van de naderende winter waait wild om zich heen. De virussen zweven welig en gezwind tussen de mensen. Eén voor één vallen er mensen ziek, hoesten en proesten zakdoeken vol. Of erger nog: geveld worden door de griep en zo niet meer kunnen opstaan van de spierpijn, rillingen en ijlende koortsnachten. Het overkomt de meesten van ons wel een keer. Ikzelf heb een paar weken de keelontsteking nog eens mogen verwelkomen. Het is een jaarlijks terugkerende, niet zo welkome gast. En laat ik mijn stem nu toch nodig hebben in de klas, bij een optreden, een vertelling of een zangstonde. Maar de ontsteking slaat ongenadig toe en houdt geen rekening met al mijn geplande activiteiten in de agenda. Na al die jaren van weerkerend ongemak, probeer ik zeker een paar dagen extra rust in te bouwen. Goed uitslapen en rustig en kalmpjes aan doen. Het helpt echt wel. De stress afgooien en ontladen bij een tof filmpje of documentaire. Een boek ligt meestal in de buurt en een borreltje mag ook een keertje ingeschonken worden. Ik geef het geheel maar als tip mee, omdat ik om me heen verschillende mensen zie bezwijken onder virussen en bacteriën en bacillen. De stem wordt heser, de huidskleur wat bleker, behalve dan onder de ogen. Daar verschijnen kleine zakjes, donkere walletjes en lijken zowat dieper te gaan liggen. Alsof ze de boodschap verspreiden: ‘ik hou nog effe vol, maar dat gaat niet meer zo lang duren.’ En jawel. Daar pingelt de boodschap in de whatsappgroep, dat er nog maar eens een collega uitgevallen is met griepsymptomen. Lap, daar heb je het. De vervangingsroosters komen tegen het infobord. Nieuwe namen verschijnen bij de noodzakelijke toezichten, ondersteuners worden nu klasopvangers. Vergaderingen worden noodzakelijkerwijs verschoven. Dit seizoen heeft een vette kluif aan organisatorisch handelen van onze leidinggevers. Het is een evenwichtsoefening die niet zo gemakkelijk is. Het wegvallen vraagt soepelheid, maar krijgt een pittige belasting erboven op voor de gezonde blijvers. Houden die het nog wel vol? Maar nee, ik klaag niet, ik ben nog bij de gelukkigen die, na de keelontsteking weer aan de slag is gegaan. Zo heb ik in mijn oude klas de kinderen met hun computers laten werken. De gemaakte filmpjes waren hilarisch om te zien. Een onderwater verhaal werd tot leven gebracht met stop-motion en stokpoppetjes. Er werd geknutseld en geschreven, gelachen en gelijmd, uitgeprobeerd, geschrapt en herbegonnen. De ene groep bracht al iets meer inspiratie en creativiteit dan de andere. Maar de resultaten mochten er wel zijn. Vooral het enthousiasme van de jonge cineasten en storybookschrijvers was mooi om te zien. Ja, u heeft het begrepen, de toekomst van onze Vlaamse cinema is verzekerd.
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft. Heeft u dat ook wel eens, beste luisteraar, dat er op een bepaald moment het gevoel opduikt van: ‘Het lijkt of er iets gaat gebeuren, maar ik weet nog niet wat?’ Ik begrijp het, het is nog een beetje cryptisch, maar ik zal het verklaren. Je hoort de laatste dagen wel eens in je vriendenkring of je leest het in de media, dat er ingebroken wordt, dat mensen worden lastiggevallen voor een paar euro, dat oudere mensen wel eens het slachtoffer worden van vervelende passanten, die het niet goed zo goed voor hebben met de mensheid. Het zijn van die boodschappen die je niet in de koude kleren gaan zitten. Ze kleven ergens achteraan in het geheugen en maken je toch op de één of andere manier alert. Het gebeurde mij afgelopen week, toen er in de straat zo’n vreemde snuiter rondliep. Hij was erg zenuwachtig, keek voortdurend rond, alsof hij iemand verwachtte. Hij wandelde de straat in, bleef plots staan, wandelde weer verder. Een ouder koppel wandelde voorbij en daar ging hij dan heel dicht achter wandelen. Dit gedrag was niet echt normaal, leek me zo. Mijn hond had al een keertje stevig naar hem geblaft, toen hij om een sigaret vroeg. O jawel, heel erg beleefd was zijn vraag, maar mijn hondje had blijkbaar al adrenaline geroken bij hem, die onthulde dat hij niet veel goeds van plan was. Op z’n rug hing een sporttas, degelijk merk. Hij vertelde een verhaaltje dat hij met de trein onderweg was van Antwerpen, richting Leuven. Dat hij zijn portefeuille was kwijtgeraakt, ook zijn sigaretten had laten liggen op diezelfde trein. Het klonk nogal onsamenhangend, verward en zijn blik heen en weer verraden toch wat zenuwachtigheid. Hoe verzeilt iemand van Antwerpen richting Leuven hier in Bilzen. Mijn voelsprieten gingen ook de lucht in. Tijdens de wandeling zag ik heb op een afstandje. Hij belde aan bij de buren. Niemand thuis, hij wandelde naar het volgende huis. Daar maakte hij een plas in de haag. Ik snap dat de nood hoog kan zijn, maar bij de voordeur even je vloeibare resten achterlaten, dat hoort niet. Hij stapte weer verder de straat in en verdween even. Toen zag ik hem aanbellen bij de buurvrouw. Hij gesticuleerde uitbundig en ik zag hem binnengaan. Dat was het moment dat mijn hart even oversloeg. Niet dat er een rampscenario opdoemde, maar ik ging zo snel mogelijk naar buiten, het lage muurtje over, tot bij de voordeur van de buurvrouw. Gelukkig had ze haar deur open laten staan en keek toch wel opgelucht naar mij dat ik alles had gezien. ‘Hij moest naar het toilet,’ zei mijn buurvrouw bezorgd. Ik sprak net wat harder dan gewoonlijk, om duidelijk te maken dat ik aan de voordeur stond. ‘Dat kan natuurlijk gebeuren,’ was mijn antwoord. We babbelden nog even verder en een paar minuten later kwam hij naar buiten. Hij snoot zijn neus, wreef door zijn haar. Toen hij mij zag staan, excuseerde hij zich snel bij de buurvrouw en wandelde in pittige tred weer richting station. Mijn buurvrouw haalde opgelucht adem. ‘Dat ga ik toch niet meer doen,’ was het eerste wat ze zei. ‘Ik snap wel dat iemand hoogdringend eens moet,’ knikte ze vlug. ‘Maar dat hij dat dan maar in een café gaat vragen.’ ‘Dat lijkt me ook het beste,’ antwoordde ik. En mijn antwoord ging over haar twee opmerkingen. Misschien was het niet nodig geweest, misschien was het dat net wel. Ik laat het in het midden. Maar zo af en toe je voorgevoel volgen, kan geen kwaad. En dat vond mijn buurvrouw ook.
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft. Beste luisteraar, lag er deze ochtend iets in uw schoen? Op uw bord? Ik bedoel dan niet een paar sokken of een boterham met choco en ook in deze volgorde als antwoord op de vragen. Ikzelf had niet echt een hart dat klopte van grote verwachting. Ik had immers geen liedjes gezongen aan de schouw, de avond ervoor. Herinneringen waren er weer wel. Zingen met z’n allen tot je er schor van werd. De broertjes en zussen ophitsen met tussenin te roepen ‘daar is ie’ of ‘ik zie ze, daarachter, tussen de bomen in de wei’. En als er dan plots in één of andere hoek met veel lawaai en gekletter snoep terecht kwam, was het hek van de dam. Vanwaar kwam dat opeens? Later hadden we het natuurlijk helemaal door. Ik licht geen tipje van de sluier, maar mijn vader vond het prachtig om te zien en mee te maken. Mijn moeke glunderde mee als we naar de hoek doken en alles verzamelden wat we konden vinden. Heerlijke tijd was dat toch. En of er nu een lange baard met krullen of stevige zwarte vegen te zien waren, het blijft een heerlijk feest waar we nog steeds met genoegen naar kijken. Zachtjes gaan de paardenvoetjes, trippel trappel trippel trap. Je kreeg met de leuke alliteratie biologie met de paplepel mee naar binnen. De wimpels worden tegenwoordig vaak verwisseld met wimpers van het paard. Niets is minder waar. Het zijn de vlagjes. De roe is niet die boter met bloem vermengd in een hete pan om er dan saus mee te maken. Het was een bundel van wissen die werd gebruikt om de blaadjes van de stoep te vegen. Natuurlijk kreeg een deugniet wel eens eentje tegen zijn billen. Dat kon ook de matteklopper zijn of gewoonweg de hand van een corrigerende ouder. Dat was meestal sneller en dichter in de buurt dan die andere, niet meer zo pedagogisch verantwoorde bijstuurders. Oudere luisteraars herinneren het zich waarschijnlijk nog. De meester of juf in de klas hadden ook van die bijstuurders. Ik weet nog dat de lat aan een touwtje naast het bord hing. Dat was niet alleen om de bordenwisser uit te kloppen. Menig stof werd er ook uit een broek verwijderd, wanneer de onderwijzer vond dat er met de discipline iets aan de hand was in de klas of op het speelplein. En jawel, als je je in de kerk of op een speelpleintje niet gedroeg, mocht je er ook eentje verwachten. Voordat je dan thuis was, bleek het voorval al gekend zijn in huis en kreeg je daar nog een pandoering bij. Niemand stond graag beschaamd bij de notabelen, het kerkelijk of pedagogische gezag in het dorp. Dat is ondertussen wel verleden tijd, erfgoedmateriaal dus, en duikt hier en daar nog eens op tijdens een wit-zwart fragment op de ouderwetse school-tv-materialen van de toenmalige BRT. In een razend tempo zijn al deze dingen wel veranderd en aangepast. Ik laat het in het midden of ze allen de juiste richting in geslagen zijn. Van een aantal dingen heb ik mijn bedenkingen, van andere daarentegen is de aanpassing absoluut terecht. Al frons ik wel eens mijn wenkbrauwen bij doorgedreven woke-toestanden. Wakker worden en zich bewust zijn van ongeoorloofd gedrag, absoluut mee eens. Het overslaan van de balans naar de andere kant en het kind met het badwater mee weggieten, vind ik weer een ander paar mouwen. Het lijkt soms iets van nu te zijn, maar als Rosa Parks in de jaren ’50 haar plaats in de bus wél altijd had afgestaan aan een blanke reiziger, zou de wereld er toch een beetje anders uitgezien hebben, niet?
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft. |
De MEESTER
Iedere week leest de meester iets voor vanuit zijn dagboek. Archieven
July 2024
Categorieën |