Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft.
Het klinkt misschien wat eigenaardig om het nu al te hebben over kerst en kerstfeestjes. Maar ze komen er wel in een snelvaart aan. Nog een aantal weken en dan is het zover. Tenminste, als je een feestje mag organiseren. Want de maatregelen hangen ergens in de kerstboom te bengelen, tot ieders eigen en andermans veiligheid. Geen idee wat er uit de kerststal gehuppeld zal komen. Maar voorlopig hebben we met de familie de traditie weer even opgepikt: een feestje met de hele familie, met moeke matriarch in het midden. Kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen, al dat niet met aanhang in levenden lijve of in knuffelvorm. De leeftijden verschillen nogal in de familie. Maar het hoogtepunt is wel de voorbereiding van de traditionele pakjes. Dat gebeurt bij ons met ‘namen trekken’. Iedere naam staat op een briefje geschreven, al deze briefjes zijn verzameld in een hoge confituurpot met deksel om het geheel af en toe goed door elkaar te husselen. Want een onschuldige hand zal bepalen voor wie je een cadeautje koopt. Ik moet wel toegeven dat het foefelen met de namen ook een beetje traditioneel begon te worden. Mijn zus en ik vonden het een wedstrijd waard om ongezien onze onschuldige hand te laten grabbelen. Dan met de vlugge vaardige vingers het papiertje open te vouwen alsof het zou gaan om een goochelaarstrukje. Met een ooghoek doorheen het glas van de pot loeren wie er getrokken is. Als het tegen zou vallen, zou tegelijkertijd het briefje ook terugvallen tussen de namenhoop en onvoorwaardelijk gehusseld weer bij de rest verdwijnen. Tweede poging en misschien zelfs een derde. Mijn zus grijnsde me dan toe en wonderwel trokken we elkaars naam uit de namenbriefjes. Ik moet zeggen, ik was er vaardig in, maar mijn zus spande de kroon. Als volleerde kerstgoochelaar maakte ze van dat uitkiezen een grappig terugkeermoment. Maar écht waar: dit jaar heb ik niet gefoeteld. Ik heb in één ommegraai twee briefjes gegrabbeld. Eentje voor mijn ega en eentje voor mij. Je gelooft het of niet, ik was met beide namen meer dan tevreden. Nee, ik ga het niet verklappen. Er luisteren ook familieoren mee naar dit dagboek, vandaar. Er werd afgesproken om niet meer dan een 15 euro uit te geven. Verder moet het een pakje zijn dat nuttig is, grappig mag ook, tweedehands van één of andere site of uit de kringloopwinkel. Kwestie om met z’n allen op zoek te gaan naar een origineel gevonden dingetje. Als kers op de taart of beter, als ster op de kersttop, moet het ingepakt worden op een manier die gelinkt is naar de ontvanger van je pakje. Ik geef maar een voorbeeldje: mijn broer houdt van computer, ik heb een tweedehands computermuis gevonden en pak het in in een grote muizenval. Snap je? Zo kan je nog meer grappige inpakmanieren bedenken. Nonkel is pianist, het pakje is een tweedehands partituur van een pianoconcert van Beethoven. Dat pak je dan in in een grote noot. Ik ben benieuwd wie mijn naam heeft getrokken, wat het pakje gaat zijn en zeker ook hoe het ingepakt zal worden. Je hebt helemaal gelijk dat we met z’n allen teleurgesteld zullen zijn, moest alles afgeblazen worden één van deze komende weken. Maar mijn moeke heeft al gezegd dat uitstel geen afstel is. We schuiven het gewoon op. En de droge hesp waar je van die dunne fijne sneetjes kan afsnijden, wordt gewoon al onder ons verdeeld. Dat noemen we dan een echt voorproevertje voor wat nog komen gaat.
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft.
0 Comments
Your comment will be posted after it is approved.
Leave a Reply. |
De MEESTER
Iedere week leest de meester iets voor vanuit zijn dagboek. Archieven
July 2024
Categorieën |