U dient uzelf kenbaar te maken als burgerlijke partij, en dit kan u op verschillende momenten doen. Eén en ander hangt ervan af of de gerechtelijke overheden al dan niet zelf de strafprocedure opstarten.
Indien er geen strafprocedure loopt tegen de dader, kan u zelf in bepaalde gevallen een gerechtelijk onderzoek op gang brengen door u burgerlijke partij te stellen bij de onderzoeksrechter. U zal dan in principe een borgsom moeten betalen, teneinde de kosten van het onderzoek voor te schieten. Zulke burgerlijke partijstelling bij de onderzoeksrechter is ook mogelijk indien het openbaar ministerie uw klacht seponeerde. De onderzoeksrechter zal vervolgens een onderzoek voeren, waarna een raadkamer de zaak eventueel kan doorverwijzen naar de rechtbank die de zaak ten gronde zal behandelen. U zou de dader in bepaalde gevallen ook rechtstreeks voor de rechtbank kunnen dagvaarden.
Indien er wel een strafprocedure loopt tegen de dader, kan u zich op verschillende momenten burgerlijke partij stellen. U kan dit reeds doen voor de onderzoeksrechter of het onderzoeksgerecht, dan wel kan u wachten tot de zaak ten gronde door de rechtbank behandeld wordt en u aldaar burgerlijke partij stellen.
Als burgerlijke partij zal u uiteindelijk moeten aantonen dat u schade hebt geleden door een fout van de dader en dat uw schade ook daadwerkelijk het gevolg is van die fout. Ook zal u uw schade concreet moeten bewijzen. Dit kan u bijvoorbeeld aan de hand van expertiseverslagen, facturen enz. Soms is het moeilijk om geleden schade concreet te gaan becijferen. Om aan dit probleem te verhelpen, is er door de jaren heen een zogenaamde “indicatieve tabel” uitgewerkt, dat een hulpmiddel moet bieden bij het begroten van schade. Die “indicatieve tabel” reikt handvaten aan om schade aan personen alsook schade aan voorwerpen te gaan begroten. Zo bijvoorbeeld worden er tarieven aangereikt die gebruikt kunnen worden bij de berekening van voertuigschade en kledijschade.