Maar ook als u niet met iemand contracteert, zijn er een aantal gevallen waarin u aansprakelijk kan worden gesteld en u de schade die iets of iemand geleden heeft zal moeten herstellen. Men spreekt in dat geval van buitencontractuele aansprakelijkheid, die ontstaat buiten elke overeenkomst om.
Artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek stellen als algemene regel voorop, dat u de schade die u door uw fout veroorzaakt dient te vergoeden. Er moet dus sprake zijn van een fout, een schade en een oorzakelijk verband tussen die schade en de fout.
De fout kan bestaan in het niet naleven van de wettelijke regels, dan wel in het niet naleven van de algemene zorgvuldigheidsnorm. In het laatste geval geldt het criterium van “de goede huisvader”. Volgens dat criterium begaat u een fout telkens wanneer u anders zou handelen dan een normaal, zorgvuldig en vooruitziend persoon zou doen in dezelfde omstandigheden.
Stel bijvoorbeeld dat u een caféruzie start en een vuistslag uitdeelt aan uw buurman waarbij deze een blessure oploopt, dan zal u in principe de gekwetste moeten vergoeden. Ook wanneer u onbezonnen een zwembad zou inspringen zonder vooraf te kijken of u iemand zou kwetsen, begaat u een fout.
De fout moet u evenwel toerekenbaar zijn en u moet inzicht hebben in de gevolgen van uw handelen opdat u een fout kan begaan. Op die manier kunnen bijvoorbeeld zeer kleine kinderen geen fout begaan en zal u ook geen fout kunnen worden verweten in het geval van wettige zelfverdediging.
Naast een fout, moet er schade zijn. Deze kan de vorm aannemen van lichamelijke, morele of stoffelijke schade. Die schade moet ten slotte effectief het gevolg zijn van de begane fout.
Wanneer de fout, de schade en het oorzakelijk verband bewezen zijn, kan u worden aangesproken tot het betalen van een schadevergoeding op grond van uw eigen handelen, dan wel uw nalaten te handelen.