De BV, de Besloten Vennootschap, wordt gezien als de courante vennootschapsvorm die zich leent voor de meeste KMO’s. Zij kan door 1 persoon worden opgericht volgens een eenvoudig model, dat naar wens kan worden aangevuld met verschillende opties. De oprichting van een BV wordt op die manier zo flexibel mogelijk ingevuld. Geheel nieuw is dat de BV voortaan kapitaalloos kan worden opgericht. Het minimumkapitaal van 18.600,00 euro zoals dit vroeger gold voor de BVBA is dus niet langer van toepassing. De vereiste van het minimumkapitaal werd vervangen door de vereiste van een “toereikend aanvangsvermogen”. De oprichters van een BV moeten er bijgevolg op toezien dat de vennootschap bij aanvang over een eigen vermogen beschikt, dat toereikend is in het licht van de activiteiten van de vennootschap.
Ook voor de oprichting van een CV, de coöperatieve vennootschap, is vandaag de dag geen minimumkapitaal meer vereist. Deze vennootschap leent zich voor ondernemingen die een coöperatief idee nastreven en kan bijgevolg slechts door minimum 3 personen worden opgericht.
Daarnaast hebben we de NV oftewel naamloze vennootschap. Dit soort vennootschap leent zich bij uitstek voor grote ondernemingen, die desgevallend beursgenoteerd zijn. In tegenstelling tot de vroegere NV kan deze vennootschap voortaan ook door 1 persoon worden opgericht. Het minimumkapitaal nodig voor de oprichting van een NV is nog hetzelfde gebleven, met name is er een kapitaal van 61.500,00 euro nodig om van start te kunnen gaan.
Tenslotte kennen we nog de maatschap. Deze vennootschap kan zowel met, als zonder rechtspersoonlijkheid worden opgericht. Rechtspersoonlijkheid houdt in dat de maatschap gezien zal worden als een apart individu met eigen rechten en een apart vermogen. Belangrijk te weten bij de oprichting van een maatschap, is dat de vennoten steeds onbeperkt en hoofdelijk aansprakelijk zullen zijn voor de schulden van de vennootschap. Dat laatste is niet het geval binnen een NV, BV of CV.