800 gr à 1 kg varkenskoteletten
2 appelen
½ citroen
800 gr bloemige aardappelen
1 bussel waterkers
2 dl room
2 dl blond bier
2 dl kalfsfond
1 kl mosterd op oude wijze
60 gr Ardense boter
5 el olijfolie
Peper en zout
Bereiding :
Kook de ongeschilde aardappelen in gezouten water en reken +/- 35 minuten kooktijd, naargelang hun grootte. Giet af.
Laat het bier en de kalfsfond op een vrij hoog vuur voor de helft inkoken in een steelpan. Voeg de room toe, samen met de mosterd op oude wijze. Laat voor de helft inkoken op een zacht vuurtje.
Bak de varkenskoteletten aan de 2 kanten goudbruin op een vrij hoog vuur in een grote braadpan met de helft van de boter en 2 el olijfolie. Verlaag het vuur zodra ze aan de 2 kanten mooi kleuren en bak nog 10 minuten op een zacht vuurtje. Besprenkel ze intussen regelmatig met braadvocht.
Snijd de ongeschilde bio-appelen met de mandoline in ultrafijne plakjes. Meng ze voorzichtig met een beetje citroensap.
Schil de aardappelen en doe ze terug in de kookpot, maar niet op het vuur. Voeg de waterkersblaadjes, de rest van de boter en olijfolie, peper en zout toe. Plet met een vork tot een puree die niet blad hoeft te zijn.
Breng de saus verder op smaak en overgiet er de varkenskoteletten mee. Serveer met de appelsalade en de puree met waterkers.