4 stronkjes witloof
1 sjalot
1 bloemige aardappel
3 fijne plakjes gerookt spek
100 gr geraspte Brugge Oud-kaas
500 ml kippenbouillon
Boter
Nootmuskaat
Peper en zout
En ook 4 ovenbestendige soepkommetjes
Bereiding :
Verwarm de oven voor op 200°C en grillstand.
Verwijder de bittere kern van het witloof en snij de stronkjes in reepjes.
Hou 4 blaadjes apart voor de afwerking.
Pel en snipper de sjalot.
Snij het spek in fijne reepjes.
Schil de aardappel en snij ‘m in blokjes.
Stoof het witloof en de sjalot zacht in wat boter.
Voeg het spek toe en laat goudbruin bakken.
Schep 4 eetlepels gebakken witloof en spek uit de pan en hou apart.
Voeg de aardappelblokjes en de kippenbouillon toe aan de pan en laat alles 20 minuten koken.
Mix fijn en kruid met nootmuskaat, peper en zout.
Lepel 1 eetlepel van het gebakken witloof en spek in een kommetje.
Schenk er de soep bij en bestrooi tot slot met de geraspte kaas.
Gratineer 5 tot 8 minuten in de oven.
Werk af met een blaadje witloof.