Dat overleg op alle niveaus erg boeiend, inspannend en geanimeerd kan verlopen, merk ik zelf ook op het werkveld. Overleggen om ruzies tussen kinderen op te lossen, overleggen om kinderen zelf te leren overleggen. Collega’s moeten overleggen om afspraken na te komen, om plannen uit te werken, om diezelfde plannen vorm te geven in de praktijk en om ze achteraf nog een keertje te evalueren. Je overlegt voortdurend, zowel formeel als informeel. Met veel animo bekijk ik zulke overlegmomenten graag vanop een afstandje. Vooral als er nieuwe elementen bij komen kijken. Een ander idee bijvoorbeeld of een nieuwe persoon in de groep kan de hele dynamiek omgooien. Zo heb ik in mijn klas verschillende nieuwe instromers. Het verschil in taal al maakt dat het overleg meerdere hindernissen moet overwinnen. Begrijpt de ene de andere? Is het cultuurverschil niet te groot? Kan ik mijn vooroordelen opzij leggen? Heb ik al antwoorden in mijn hoofd waaraan de ander moet voldoen? Het maakt de dynamiek van de dag behoorlijk aanwezig en voelbaar. Je wordt er zowaar iets meer moe van, snap je? En dat meer moe, wil niet persé zeggen, dat je dan ook beter slaapt. Ik betrapte me erop dat ik meerdere keren wakker werd rond een uur of vier, midden in de nacht dus. Ik probeerde in mijn droom een oplossing te vinden en schrok er zowaar wakker van. Je kan het niet echt een helder moment noemen, maar ik mag wel zeggen, dat mijn twee hersenhelften ook diep in de nacht overleg met elkaar pleegden. In dromen los je problemen soepel en simpel op. In het echte leven gaat dat net wat moeizamer. Maar het blijft boeiend, dat is zeker.
Ik hoop samen met jullie, mijn beste luisteraar, op dat overleg in wederzijds respect en met gezond boerenverstand. Dat laatste zei mijn pedagoog zo vaak tijdens zijn les. Handel met gezond boerenverstand. Ik wens het ze van harte toe, een verse groentewinkel vol.
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft.