eerste gesprek met de nieuwe buren. Hij heet Vondel en is een L’ Hasa Apso. De tweede geijkte vraag is meestal: ‘Een wat?’ L’ Hasa Apso, maar je mag ook een Tibetaanse berghond zeggen. De derde vraag is meestal. ‘Heb je hem gevondeld?’ Dan krijg je een gesprek over Vondel, over schrijvers, over de middeleeuwen. En afhankelijk of er literatuur-minded gedacht wordt, ga je al dan niet verder. Vondel, Joost van Den, Nederlandse literatuur, Lucifer, het kortste liefdesgedicht: U nu. Schoon toch, niet? Onze hond is en blijft een wondertje op vier poten.
Voila, zeg dat de meester het gezegd heeft.